Quran with Dutch translation - Surah Ta-Ha ayat 94 - طه - Page - Juz 16
﴿قَالَ يَبۡنَؤُمَّ لَا تَأۡخُذۡ بِلِحۡيَتِي وَلَا بِرَأۡسِيٓۖ إِنِّي خَشِيتُ أَن تَقُولَ فَرَّقۡتَ بَيۡنَ بَنِيٓ إِسۡرَٰٓءِيلَ وَلَمۡ تَرۡقُبۡ قَوۡلِي ﴾
[طه: 94]
﴿قال يبنؤم لا تأخذ بلحيتي ولا برأسي إني خشيت أن تقول فرقت﴾ [طه: 94]
Salomo Keyzer Aäron antwoordde: O zoon mijner moeder! trek mij niet bij mijn baard, of bij het haar van mijn hoofd. Waarlijk, ik vreesde dat gij mij zoudt zeggen: Gij hebt eene scheiding tusschen de kinderen Israëls gemaakt, en gij hebt mijne woorden niet in acht genomen |
Sofian S. Siregar Hij (Hârôen) zei: "Zoon van mijn moeder, grijp mij niet bij mijn baard of bij mijn hoofd. Ik was bang dat jij zou zeggen: 'Jij hebt de Kinderen van Israël verdeeld en jij hebt mijn woorden niet in acht genomen |
Van De Taal Hij antwoordde: 'O zoon van mijn moeder, grijp mij niet bij mijn baard noch bij mijn hoofd.' Ik was beducht dat gij zoudt zeggen: ´Gij hebt een scheuring teweeg gebracht onder de kinderen van Isra�l en hebt niet op mijn woord gewacht.´ |