Quran with Dutch translation - Surah Al-hajj ayat 53 - الحج - Page - Juz 17
﴿لِّيَجۡعَلَ مَا يُلۡقِي ٱلشَّيۡطَٰنُ فِتۡنَةٗ لِّلَّذِينَ فِي قُلُوبِهِم مَّرَضٞ وَٱلۡقَاسِيَةِ قُلُوبُهُمۡۗ وَإِنَّ ٱلظَّٰلِمِينَ لَفِي شِقَاقِۭ بَعِيدٖ ﴾
[الحج: 53]
﴿ليجعل ما يلقي الشيطان فتنة للذين في قلوبهم مرض والقاسية قلوبهم وإن﴾ [الحج: 53]
Salomo Keyzer Maar God veroorlooft het te doen, opdat de ingevingen van Satan eene beproeving zouden zijn voor hen, wier hart door ziekte is aangedaan en wier boezem verhard is (want waarlijk de goddeloozen zijn ver van de waarheid verwijderd) |
Sofian S. Siregar Zodat Hij wat de Satan inwerpt als een beproeving maakt voor degenen in wiens harten er een ziekte is en wiens harten verhard zijn. En voorwaar, de onrerhtvaardigen zijn sterk vijandig |
Van De Taal Zodat Hij hetgeen Satan inblaast tot een beproeving moge maken voor degenen in wier hart een ziekte is en wier hart verhard is - voorzeker, de onrechtvaardigen zijn in groot verzet |