Quran with Dutch translation - Surah Ar-Rum ayat 28 - الرُّوم - Page - Juz 21
﴿ضَرَبَ لَكُم مَّثَلٗا مِّنۡ أَنفُسِكُمۡۖ هَل لَّكُم مِّن مَّا مَلَكَتۡ أَيۡمَٰنُكُم مِّن شُرَكَآءَ فِي مَا رَزَقۡنَٰكُمۡ فَأَنتُمۡ فِيهِ سَوَآءٞ تَخَافُونَهُمۡ كَخِيفَتِكُمۡ أَنفُسَكُمۡۚ كَذَٰلِكَ نُفَصِّلُ ٱلۡأٓيَٰتِ لِقَوۡمٖ يَعۡقِلُونَ ﴾
[الرُّوم: 28]
﴿ضرب لكم مثلا من أنفسكم هل لكم من ما ملكت أيمانكم من﴾ [الرُّوم: 28]
Salomo Keyzer Hij stelt u vergelijkingen voor, aan u zelven ontleend. Hebt gij onder de slaven, welke door uwe rechterhand worden bezeten, een deelgenoot in het vermogen dat wij u hebben geschonken, zoodat gij daarvan gelijke bezitters met hen wordt, of dat gij hen vreest, zoo als gij elkander vreest? Zoo leggen wij onze teekens duidelijk uit, voor hen die begrijpen |
Sofian S. Siregar Hij geeft jullie een vergelijking met julliezelf. Zijn er voor jullie die over slaven beschikken deelgenoten in de voorzieningen die Wij jullie hebben geschonken, zodat jullie daarin gelijk zijn? En vrezen jullie hen zoals jullie elkaar vrezen? Zo leggen Wij de Tekenen uit aan een volk dat begrijpt |
Van De Taal Hij geeft een gelijkenis uit uzelf. Hebt gij onder uw ondergeschikten deelgenoten in hetgeen waarvan Wij u hebben voorzien, zodat gij dienaangaande gelijken wordt en vreest gij hen, zoals gij elkander vreest? - Zo leggen Wij de tekenen uit aan een volk dat begrijpt |