Quran with Dutch translation - Surah Al-Ma’idah ayat 20 - المَائدة - Page - Juz 6
﴿وَإِذۡ قَالَ مُوسَىٰ لِقَوۡمِهِۦ يَٰقَوۡمِ ٱذۡكُرُواْ نِعۡمَةَ ٱللَّهِ عَلَيۡكُمۡ إِذۡ جَعَلَ فِيكُمۡ أَنۢبِيَآءَ وَجَعَلَكُم مُّلُوكٗا وَءَاتَىٰكُم مَّا لَمۡ يُؤۡتِ أَحَدٗا مِّنَ ٱلۡعَٰلَمِينَ ﴾
[المَائدة: 20]
﴿وإذ قال موسى لقومه ياقوم اذكروا نعمة الله عليكم إذ جعل فيكم﴾ [المَائدة: 20]
Salomo Keyzer Toen Mozes tot zijn volk zeide: O, mijn volk! gedenk Gods gunst omtrent u, sedert hij profeten onder u heeft aangewezen en u koningen heeft gegeven, en u heeft geschonken, wat hij geene natie ter wereld heeft gegeven |
Sofian S. Siregar En (gedenkt) toen Môesa tot zijn volk zei: "O mijn volk, gedenkt de genieting van Allah voorjullie, toen Hij Profeten uit jullie midden voortbracht en jullie koninkrijken gaf en aan jullie gaf wat aan niet één (volk) in de werelden gegeven was |
Van De Taal En toen Mozes tot zijn volk zeide: 'O, mijn volk, herinner u Allah´s gunst aan u, toen Hij profeten onder u aanstelde en u koningen aanwees en Hij u gaf, wat Hij aan niemand onder de volkeren heeft gegeven |