Quran with Dutch translation - Surah Maryam ayat 4 - مَريَم - Page - Juz 16
﴿قَالَ رَبِّ إِنِّي وَهَنَ ٱلۡعَظۡمُ مِنِّي وَٱشۡتَعَلَ ٱلرَّأۡسُ شَيۡبٗا وَلَمۡ أَكُنۢ بِدُعَآئِكَ رَبِّ شَقِيّٗا ﴾
[مَريَم: 4]
﴿قال رب إني وهن العظم مني واشتعل الرأس شيبا ولم أكن بدعائك﴾ [مَريَم: 4]
Salomo Keyzer En zeide O Heer! waarlijk mijne beenderen zijn verzwakt en mijn hoofd is wit geworden door grijsheid. En ik was nimmer ongelukkig in mijne gebeden tot u, o Heer |
Sofian S. Siregar Hij (Zakariyyâ) zei: "O mijn Heer, voorwaar, mijn botten zijn zwak en mijn haar is grijs glanzend, nooit ben ik, O Heer, teleurgesteld geraakt in mijn smeekbeden tot U |
Van De Taal Zeide hij: 'Mijn Heer, het gebeente in mij is zwak geworden en mijn hoofd glanst met grijze haren, niettemin ben ik niet wanhopig, mijn Heer, bij mijn aanroep tot U |