Quran with Dutch translation - Surah Maryam ayat 75 - مَريَم - Page - Juz 16
﴿قُلۡ مَن كَانَ فِي ٱلضَّلَٰلَةِ فَلۡيَمۡدُدۡ لَهُ ٱلرَّحۡمَٰنُ مَدًّاۚ حَتَّىٰٓ إِذَا رَأَوۡاْ مَا يُوعَدُونَ إِمَّا ٱلۡعَذَابَ وَإِمَّا ٱلسَّاعَةَ فَسَيَعۡلَمُونَ مَنۡ هُوَ شَرّٞ مَّكَانٗا وَأَضۡعَفُ جُندٗا ﴾
[مَريَم: 75]
﴿قل من كان في الضلالة فليمدد له الرحمن مدا حتى إذا رأوا﴾ [مَريَم: 75]
Salomo Keyzer Zeg: Aan hem die in dwaling verkeert, zal God een lang en voorspoedig leven schenken. Tot zij zien waarmede zij worden bedreigd; hetzij de straf van dit leven of die van het jongste uur, en hierna zullen zij weten, wie in den slechten toestand verkeert en het zwakste van krachten is |
Sofian S. Siregar Zeg (O Moehammad): "Wie in dwaling verkeert: de Barmhartige laat voor hem de termijn verlengen, tot wanneer zij zien wat hun aangezegd was: òf de bestraffing, òf het Uur; dan zullen zij weten wie er slecht of is wat betreft plaats, en zwakker is wat betreft een helper |
Van De Taal Zeg: 'De Weldadige geeft degenen die dwalen uitstel totdat zij zullen zien hetgeen waarmee zij worden bedreigd, - zij het de kastijding of het Uur - daarna zullen zij weten wie de slechtste plaats inneemt en wie zwakkere strijdkrachten heeft |