Quran with Dutch translation - Surah Ash-Shu‘ara’ ayat 44 - الشعراء - Page - Juz 19
﴿فَأَلۡقَوۡاْ حِبَالَهُمۡ وَعِصِيَّهُمۡ وَقَالُواْ بِعِزَّةِ فِرۡعَوۡنَ إِنَّا لَنَحۡنُ ٱلۡغَٰلِبُونَ ﴾
[الشعراء: 44]
﴿فألقوا حبالهم وعصيهم وقالوا بعزة فرعون إنا لنحن الغالبون﴾ [الشعراء: 44]
| Salomo Keyzer Daarop wierpen zij hunne koorden en hunne staven neer, en zeiden: Waarlijk, door de macht van Pharao zullen wij de overwinnaars zijn |
| Sofian S. Siregar Toen wierpen zij hun touwen en staven neer, terwijl zij zeiden: "Bij de eer van Fir'aun: voorwaar, wij zullen zeker de overwinnaars zijn |
| Van De Taal Toen gooiden zij hun touwen en hun roeden, en zeiden: 'Bij de macht van Pharao, wij zullen de overhand krijgen |