Quran with Dutch translation - Surah al-‘Imran ayat 35 - آل عِمران - Page - Juz 3
﴿إِذۡ قَالَتِ ٱمۡرَأَتُ عِمۡرَٰنَ رَبِّ إِنِّي نَذَرۡتُ لَكَ مَا فِي بَطۡنِي مُحَرَّرٗا فَتَقَبَّلۡ مِنِّيٓۖ إِنَّكَ أَنتَ ٱلسَّمِيعُ ٱلۡعَلِيمُ ﴾
[آل عِمران: 35]
﴿إذ قالت امرأة عمران رب إني نذرت لك ما في بطني محررا﴾ [آل عِمران: 35]
Salomo Keyzer Gedenkt dat de vrouw van Imram zeide: O Heer! ik heb u geofferd hetgeen in mijnen boezem is, om aan u te worden gewijd; neem het aan; want gij hoort en weet alles |
Sofian S. Siregar Teon de vrouw van 'Imran zei: "Mijn Heer, voorwaar, ik wijd bij belofte aan U wat er in mijn buik is, aanvaard het van mij. Voorwaar, U bent de Alhorende, de Alwetende |
Van De Taal Toen de vrouw van Imraan zeide: 'Ik draag aan U op wat in mijn baarmoeder is, dat het vrij zal zijn (om U te dienen), aanvaard het van mij, Gij zijt gewis Alhorend, Alwetend |