Quran with Dutch translation - Surah Al-An‘am ayat 52 - الأنعَام - Page - Juz 7
﴿وَلَا تَطۡرُدِ ٱلَّذِينَ يَدۡعُونَ رَبَّهُم بِٱلۡغَدَوٰةِ وَٱلۡعَشِيِّ يُرِيدُونَ وَجۡهَهُۥۖ مَا عَلَيۡكَ مِنۡ حِسَابِهِم مِّن شَيۡءٖ وَمَا مِنۡ حِسَابِكَ عَلَيۡهِم مِّن شَيۡءٖ فَتَطۡرُدَهُمۡ فَتَكُونَ مِنَ ٱلظَّٰلِمِينَ ﴾
[الأنعَام: 52]
﴿ولا تطرد الذين يدعون ربهم بالغداة والعشي يريدون وجهه ما عليك من﴾ [الأنعَام: 52]
Salomo Keyzer Verdrijf hen niet, die des ochtends en des avonds God aanroepen, uit begeerte zijn aangezicht te zien. Het komt u niet toe, een oordeel over hen uit te spreken, evenmin als het hun behoort, een oordeel over u uit te spreken: indien gij hen dus verdrijft zult gij tot de onrechtvaardigen behooren |
Sofian S. Siregar En stuur degenen niet weg die in de ochtend en de avond hun Heer aanroepen en Zijn Aangezicht wensen. Jij bent in niets voor hen aansprakelijk en zij zijn in niets voor jou aansprakelijk, stuur jij hen dan weg: dan behoor jij tot de onrechtvaardigen |
Van De Taal En verdrijf niet degenen die hun Heer morgen en avond aanroepen, Zijn aangezicht zoekend. Gij zijt volstrekt niet verantwoordelijk voor hen, noch zijn zij enigermate verantwoordelijk voor u. Zoudt gij hen verdrijven, dan zult gij tot de onrechtvaardigen behoren |