Quran with Dutch translation - Surah An-Nahl ayat 119 - النَّحل - Page - Juz 14
﴿ثُمَّ إِنَّ رَبَّكَ لِلَّذِينَ عَمِلُواْ ٱلسُّوٓءَ بِجَهَٰلَةٖ ثُمَّ تَابُواْ مِنۢ بَعۡدِ ذَٰلِكَ وَأَصۡلَحُوٓاْ إِنَّ رَبَّكَ مِنۢ بَعۡدِهَا لَغَفُورٞ رَّحِيمٌ ﴾
[النَّحل: 119]
﴿ثم إن ربك للذين عملوا السوء بجهالة ثم تابوا من بعد ذلك﴾ [النَّحل: 119]
Salomo Keyzer Uw Heer zal genadig zijn omtrent dengenen die kwaad bedrijven door onwetendheid, en later berouw gevoelen en boete doen; waarlijk, voor hen zal uw Heer, na hun berouw, genadig en barmhartig zijn |
Sofian S. Siregar Voorwaar dan, jouw Heer is voor degenen die het slechte bedreven uit onwetendheid (en) daarna berouw toonden en zich beterden: voorwaar, jouw Heer is daarna zeker Vergevensgezind, Meest Barmhartig |
Van De Taal Uw Heer is voorzeker - voor degenen die in onwetendheid kwaad doen, en daarna berouw hebben en goed maken - Vergevensgezind, Genadevol |