Quran with Dutch translation - Surah Ta-Ha ayat 133 - طه - Page - Juz 16
﴿وَقَالُواْ لَوۡلَا يَأۡتِينَا بِـَٔايَةٖ مِّن رَّبِّهِۦٓۚ أَوَلَمۡ تَأۡتِهِم بَيِّنَةُ مَا فِي ٱلصُّحُفِ ٱلۡأُولَىٰ ﴾
[طه: 133]
﴿وقالوا لولا يأتينا بآية من ربه أو لم تأتهم بينة ما في﴾ [طه: 133]
Salomo Keyzer De ongeloovigen zeggen: Zoo lang hij niet met een teeken van zijn Heer tot ons zal komen, zullen wij niet in hem gelooven. Is er door de openbaring van den Koran niet eene duidelijke verklaring tot hen gekomen van hetgeen in de vroegere deelen van de schrift is bevat |
Sofian S. Siregar En zij (de ongelovigen) zeggen: "Waarom is hij niet met een Teken van Zijn Heer tot ons gekomen?" Is er dan geen duidelijk Teken tot hen gekomen in de voorafgaande Geschriften |
Van De Taal En zij (de ongelovigen) zeggen: 'Waarom brengt hij ons geen teken van zijn Heer?' Is er dan geen duidelijk teken tot hen gekomen in hetgeen in de vroegere geschriften staat |