Quran with Dutch translation - Surah Al-A‘raf ayat 50 - الأعرَاف - Page - Juz 8
﴿وَنَادَىٰٓ أَصۡحَٰبُ ٱلنَّارِ أَصۡحَٰبَ ٱلۡجَنَّةِ أَنۡ أَفِيضُواْ عَلَيۡنَا مِنَ ٱلۡمَآءِ أَوۡ مِمَّا رَزَقَكُمُ ٱللَّهُۚ قَالُوٓاْ إِنَّ ٱللَّهَ حَرَّمَهُمَا عَلَى ٱلۡكَٰفِرِينَ ﴾
[الأعرَاف: 50]
﴿ونادى أصحاب النار أصحاب الجنة أن أفيضوا علينا من الماء أو مما﴾ [الأعرَاف: 50]
Salomo Keyzer En de bewoners van het hellevuur zullen de bewoners van het paradijs aanroepen; zeggende: Giet een weinig water op ons af, van de ververschingen, die God u heeft geschonken. Zij zullen antwoorden: God heeft die voor de ongeloovigen verboden |
Sofian S. Siregar En de bewoners van de Hel roepen tot de bewoners van het Paradijs: "Stort over ons uit water, of van dat waar Allah jullie mee voorzien heeft." Zij zeggen: "Voorwaar, Allah heeft dit verboden voot de ongelovigen |
Van De Taal En de bewoners van het Vuur zullen tot de bewoners van het paradijs roepen: 'Giet wat water over ons uit of iets, waarmnee Allah u heeft voorzien.' Zij zullen antwoorden: 'Allah heeft voorzeker dit voor de ongelovigen verboden |