Quran with Dutch translation - Surah At-Taubah ayat 49 - التوبَة - Page - Juz 10
﴿وَمِنۡهُم مَّن يَقُولُ ٱئۡذَن لِّي وَلَا تَفۡتِنِّيٓۚ أَلَا فِي ٱلۡفِتۡنَةِ سَقَطُواْۗ وَإِنَّ جَهَنَّمَ لَمُحِيطَةُۢ بِٱلۡكَٰفِرِينَ ﴾
[التوبَة: 49]
﴿ومنهم من يقول ائذن لي ولا تفتني ألا في الفتنة سقطوا وإن﴾ [التوبَة: 49]
Salomo Keyzer Sommigen van hen zeggen tot u: Geef mij verlof achter te blijven, en stel mij aan geene verzoeking bloot. Zijn zij er niet reeds toe vervallen? Maar de hel zal de ongeloovigen verwoesten |
Sofian S. Siregar En onder hen zijn er die zeggen: "Geef mij vrijstelling en breng geen onheil over mij." Weet, dat zij zich (reeds) in het onheil hebben gestort, en voorwaar, de Hel onnineelt zeker de gelovigen |
Van De Taal En onder hen is hij die zegt: 'Geef mij verlof en stel mij niet op de proef.' Voorzeker, zij zijn reeds op de proef gesteld. De hel zal de ongelovigen zeker omvatten |